De laatste uren

Hieronder de samenvatting van de laatste uren van het garnizoen van het Fort van Loncin,opgetekend enkele uren na de gebeurtenissen,door de verantwoordelijke van het Fort, Kolonel Naessens.

De laatste uren van het Fort van Loncin

Met het bloed van de soldaten van het Fort van Loncin geschreven,behoort deze dag tot één van de mooiste pagina’s in de Geschiedenis van de oorlog.

Rond 1u ’s nachts vernietigt een obus de bepantsering van de kanonkamer naast de bewaakte toegangspoort en schakelt de wacht uit.Deze inslag veroorzaakt een ontploffing van de munitie grotendeels.

Vanaf 1u30 worden we ondergedompeld,voor de eerste maal,in het donker gedurende 2u:de schouw van de stoommachine wordt gevuld met rondvliegend puin,wat de stopzetting betekent van het functioneren van de electrische installaties tot ze wordt vrijgemaakt.

Maar niets zal het moreel van het garnizoen veranderen.Op het eind van de nacht is het Fort ernstig beschadigd.Ik geef het bevel om de opruimingswerken aan de buitenkant aan te vatten.Maar dit blijkt onmogelijk,gezien het projectielen regent!

Vanaf de morgenstond worden de bombardementen verdubbeld en heviger.

We proberen krachtig terug te slaan op de batterijen,die we de vorige dag ontdekt hebben.De projectielen vallen op ons en komen van alle kanten:Luik,Ans,….

We moeten ons indenken,indien mogelijk,dat ons fort geïsoleerd stond op een vaste,verlaten plek.En hier kwamen alle obussen op terecht met een hels lawaai,uit alle windstreken,ontploffend temidden van vuur en een groenachtige rook.

Nochtans blijft men puin ruimen:de vastgelopen koepels,door het effect van de vijandelijke beschietingen,zijn terug in staat om te vuren.Er zijn overal bakken met water geplaatst om eventuele brandhaarden dadelijk te blussen.

Om 10u is er geen verlichting meer,noch electrische ventilatie.De schouw van de generator is volledig dicht door het puin.Ik geef opdracht om deze schouw vrij te maken,kost wat kost.

Het is onmogelijk om de petroleumlampen aan te steken,omdat het fort, door de ontploffingen van de projectielen op het gebetoneerde massief zodanig is doorheen geschud.

Drie zoeklampen met acetyleen,de enige lichtbronnen die ons ter beschikking stonden,werden aangestoken in onze schuilplaatsen(de centrale galerij en de hoofdgalerij) en doofden, telkens er een grote obus neerstortte op de betonmassa.Maar de mannen staken ze onophoudelijk aan en in de klaarte van deze lichtbronnen,sterk genoeg om door de rook en het stof te schijnen,kleurden zij de donkerte een beetje.Onze soldaten,die aan’t rusten waren op lege munitiekisten,speelden met de kaarten.

’s Middags een klein moment van stilte.

Om 14u vond er een hels bombardement plaats.Omstreeks 15u verhoogde de intensiteit van het bombardement.Men was ervan overtuigd dat de vijand een aanval met de infanterie zou doen losbreken tegen het fort.Ik kondigde aan dat men zich moest verwachten aan een aanval voor de avond viel of ten laatste bij het aanbreken van de dag.

Er ontstond onder de mannen een echte vreugdestemming.

Allen maakten grapjes en nochtans wisten ze dat ze gingen sneuvelen.

Maar ze dachten dat ze gingen sterven in een uitzinnige strijd en in een van man tot man gevecht.De brave kinderen hebben dat geluk niet gekend.

De obussen van 42cm doormeter zouden gemakkelijk de weg banen in de Duitse turfgrond zoals in Vaux,Douaumont,zonder offers voor zijn infanterie.

Dit zal het eeuwige spijtgevoel zijn voor alle overlevenden,om dit ‘feest’ van de aanval te hebben gemist,wat ze zich zo mooi voorstelden.

Om 16u komt een officier melden,tijdens een korte rustperiode,dat hij in de grachten een reusachtige obus gezien heeft,die niet ontploft was.Een obus zo groot van een kaliber 42cm.

Omstreeks 17u wordt het bombardement verschrikkelijk.Enkele minuten later zie ik een enorme vlam en val ik flauw.

Het kruitmagazijn, geraakt door een obus van 42cm,ontploft!

Door de enorme gasontwikkeling van de ontploffing in deze reusachtige vulkaan,die er overblijft van het betonnen massief,dat helemaal ontwricht is,wordt een groot gedeelte van het garnizoen vermorzeld door de rondvliegende betonblokken.Er stikken er velen en velen worden verbrand.

Alle overlevenden waren buiten strijd.Niemand is niet gewond!

Na de ontploffinggaat het bombardement nog een tijd verder.Daarna komen de “Overwinnaars” het fort binnen in deze ruïne van betonblokken.Dit beeld deed hen enorm schrikken.

Dan doet er zich een rare scène voor die het waard is om in de toekomst verder verteld te worden.Een handvol gekwetsten en verbrande soldaten,die zich tussen de betonblokken bevonden en die nog steeds geweren of karabijnen hadden,openden het vuur op de Duitsers,die naderden.

Zij hadden geen menselijk uiterlijk meer;hun gelaat,zwartgeblakerd,hun gelaatsuitdrukkingen vol van haat en smart.Het was gruwelijk om zien.

Schorse stemmen van “Vive la Belgique!”,”Leve de Koning” weerklonken uit de opgezwollen borstkassen.Ze vermoordden de eerste vijand die de Duitse vlag op de ruïnes van het Fort plantte.

De meest verbeten had een verbrijzeld been onder een betonblok en moest ter plaatse een amputatie ondergaan om hem te bevrijden.

De Duitsers,verstomd vandit heldendom,bezondigden zich niet aan wreedheden.Zij droegen zorg voor de gewonden en de verbrande soldaten.

COLONEL NAESSENS.