Le fort de Loncin fait partie de la ceinture fortifiée de Liège, édifiée en 1888 par le général BRIALMONT. La place forte de Liège compte 12 forts :
|
De 12 forten werden in 3 jaar tijd gebouwd.Ze zijn van het halfondergegraven type in ongewapend beton en in triangelvorm(driehoekig),behalve de forten van Flémalle, Pontisse, Embourg, en Chaudfontaine die trapeziumvormig zijn.
Gelegen ten zuidwesten van Luik op een afstand van ongeveer 6350m van het centrum van de stad,bevindt zich het Fort van Loncin,waar het strategisch gelegen is.Dat betekent dat het met zijn kanonnen de toegang naar Brussel,de N3 en de spoorlijn,lijn 36 Luik-Brussel kon bestrijken. Het garnizoen van het Fort telde in augustus 1914, 550 manschappen,waarvan 350 kanonniers(9de batterij) en 200 infanteristen(14de Linieregiment). De Commandant van het Fort was Kolonel NAESSENS,bijgestaan door Luitenant Modard voor de artillerie en Luitenant Remy voor de infanterie.
Toen op 4 augustus 1914 de Duitse invasie begon,hebben de soldaten in de grachten van het fort een verschrikkelijke eed gezworen voor hun Commandant:
“Wij zullen ons nooit overgeven...”
“Wij zweren het.”
Et ce serment a été tenu.
Engagé dès le 7 août, devenu QG du général Leman, gouverneur de la place forte de Liège, le fort va subir pendant 8 jours une pluie d'obus (15.000) et devient la bête noire des troupes allemandes.
La machine de guerre allemande pour en venir à bout, va mettre en œuvre un armement inconnu à l'époque, un obusier de 420mm «La grosse Bertha » capable de tirer des obus de +/- 900Kg.
Le 15 août 1914 vers 17h20 le 25e obus de 420mm défonce la voûte de la poudrière droite, contenant encore 12.000Kg de poudre, et provoque l'explosion du fort, entraînant dans la mort 350 hommes. Ces 350 héros reposent toujours dans les ruines glorieuses du fort de Loncin devenues leur tombeau.